Medewerkster Stephanie van Zetten wijst aan welk deel van het straatje gaat verdwijnen en bij de tijdelijke exporuimte wordt getrokken. Dat is rechts ook zo.
Medewerkster Stephanie van Zetten wijst aan welk deel van het straatje gaat verdwijnen en bij de tijdelijke exporuimte wordt getrokken. Dat is rechts ook zo. Martin Brink

Stadsmuseum Veenendaal zet in op landelijke trekkers

9 februari 2023 om 10:00 Kunst

VEENENDAAL Voor Stadsmuseum Veenendaal wordt 2023 spannend. Er staat een ingrijpende interieurverandering op het programma en er wordt gefocust op landelijk bezoek. Na dertig jaar een plaatselijk museum te zijn geweest wordt de blik verruimd. Daar is vorig jaar al een begin mee gemaakt. Dat moet zorgen voor een stijging naar tienduizend bezoekers.

Dat gebeurde met de herinrichting van de zogenaamde Oorlogshoek. Ook wordt veel verwacht van de wisselexpositie in de voorzomer met werken van fijnschilder-met-een-glimlach Marius van Dokkum die hedendaagse impressies in dromerige kleuren maakt.

Dat landelijke aandacht zeker tot de mogelijkheden behoort bewijst wel de laatste expositie van Henk Helmantel, de schilder van voornamelijk kerkinterieurs. Een man die realistische schilderijen maakt en een grote schare van fans heeft opgebouwd. 

Met enige moeite kon het museum een deel van zijn oeuvre inplannen, en zelfs met werken die nog niet eerder waren getoond. Hij is veelgevraagd en heeft daarom een drukke agenda. Maar mede door zijn expositie kon het coronajaar (de eerste zes weken zat het museum dicht) toch positief worden afgesloten.

(de tekst gaat onder de foto verder)


De oude Stadswinkel is nu een museumwinkel geworden. Elf vrijwilligers gingen ‘over’. - Henk Jansen

,,We hebben vorig jaar een record behaald”, meldde Theo van Hardeveld, voorzitter van het stichtingsbestuur, opgetogen tijdens de samenkomst voor de vrijwilligers. ,,Maar liefst zesduizend bezoekers kregen we binnen. Dat is niet eerder voorgekomen en dat willen we uitbouwen. Daarom verwachten we veel van Marius van Dokkum. De eerste groepen heb ik al kunnen vastleggen.”

AMBITIES

Het Stadsmuseum is weliswaar klein maar loopt over van ambities. In 2025 wil men tussen de acht- en tienduizend bezoekers noteren. Met aansprekende landelijk aandacht trekkende exposities moet dat haalbaar zijn. Daarom wordt in juni drie weken verbouwd en gaat het museum ook dicht. Dat is na de expositie waarin een diorama in de vorm van een geborduurd bos centraal staat onder de titel ‘Honderdduizend bomen en een bos van draad’. Kunstenaar Sara Vrugt is er verantwoordelijk voor.

(de tekst gaat onder de foto verder)


Kijk op de ‘oorlogshoek’. - Martin Brink

Op de nieuwjaarsbijeenkomst maakte Van Hardeveld de voornemens bekend aan de ruim negentig vrijwilligers die de organisatie telt. Daarna kon het nieuws naar buiten. ,,Ik wilde alle nieuwe feiten eerst aan onze vrijwilligers vertellen”, zegt Theo desgevraagd. De veranderingen zijn ingrijpend. Allereerst de naam. Voortaan gaat men verder als Stadsmuseum Veenendaal. Om daarmee Veenendaal en het museum op de (promotionele) kaart te zetten. Dat daar het nodige over gezegd kan worden, dat weet Van Hardeveld. Hij is er op voorbereid. ,,Veenendaal is met meer dan 67.000 inwoners de derde grote plaats in de provincie. Een met stadse allures. Belangrijker is dat we ook de Stadswinkel erbij hebben getrokken. Die verzorgde al de kaartverkoop voor ons. De bibliotheek stootte het af, vond het niet meer passen in hun organisatie. Wij zijn gevraagd om het over te nemen. Dat hebben we gedaan. Ik zocht al heel lang naar manieren om onze vrijwilligers achter de balie een meer actieve rol te geven. Met het samenvoegen van de Stadswinkel kan dat. Dat is nu onze museumwinkel geworden.”

Bij de museumwinkel verkoopt men de toegangskaartjes maar ook de bekende Stadswandelingen kunnen er geboekt worden. Dat de Stadswinkel erbij is gekomen, samen met elf vrijwilligers, maakt dat de naam Stadsmuseum daardoor gerechtvaardigd is. Het heeft er dus niets mee te maken of Veenendaal wel of geen stadsrechten heeft, zoals sommigen zeker naar zullen verwijzen! Bovendien: er zijn meer organisaties met deze toevoeging. Denk bijvoorbeeld aan het sinds april vorig jaar bestaande Stadsdichtersgilde Veenendaal.
In het nieuwe museumbeleid streeft men niet meer naar volledigheid (het meeste is in huis en veel goederen staan wegens een chronisch gebrek aan ruimte opgeslagen) maar wordt er uitgebouwd onder de thema’s turf, wol, watersnood en oorlog. Daarin vallen ook veel subthema’s. Daardoor wordt de vaste opstelling beter en overzichtelijker ingedeeld. De doorkijk wordt ook logischer.

(de tekst gaat onder de foto verder)


De oude aak krijgt straks een meer prominente plek. Het weefgetouw wordt ingeruild voor een kleiner exemplaar. - Henk Jansen

Vorig jaar werden studenten van de Reinwardt Academie (de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten) ingezet. Deze, in onder meer erfgoed en museumwerk gespecialiseerde, studenten kregen de opdracht om de inrichting eens goed tegen het licht te houden. Zij kwamen tot een aantal aanbevelingen. Ook  werd de hulp ingeroepen van professionals. Allen kwamen tot de conclusie: het staat er te vol, de bezoeker weet eigenlijk niet waar hij moet kijken. Ook een publieksonderzoek gaf dat aan. Die conclusie werd overigens al kort na de opening in de Cultuurfabriek (in 2010) al gesteld. Maar het is verklaarbaar: de plek van het museum is nooit als zodanig bedoeld.

AFSTOTEN

Het was meer het samenbrengen van culturele instellingen op één plek. Het is ook daarom dat de juiste beheersing van het klimaat een voortdurend punt van aandacht is. Daarom verhuizen grote goederen naar de nu al uit de voegen barstende depots, worden afgestoten of juist beter binnen het thema gezet. Turf bijvoorbeeld is nu nog in een nietige kruiwagen te zien. Straks wordt het ingepast in een grote wand met een betere duiding en staat het met de oude en beter aangelichte turfaak voor het ontstaan van Veenendaal. Verder komt er ook een luisterhoek met verhalen over wol en turf.

(de tekst gaat onder de foto verder)


Theo van Hardeveld, voorzitter van het museumbestuur, voor de wand over het ontstaan van Veenendaal. ,,De gereedschappen zullen zeker te zien blijven.” - Martin Brink

Spullen die niet passen in het thema, gaan weg. Na de verandering vanaf juni start de expositie van Marius van Dokkum. Ook een deel van het winkelstraatje gaat verdwijnen. ,,Dat geldt voor de laatste twee panelen”, zegt medewerker Publieksbereik Stephanie van Zetten. ,,Daardoor krijgen we meer ruimte voor de wisselruimte.” Achter de schermen wordt voortdurend naar aansprekende exposities en samenwerkingen met andere musea gezocht. Tentoonstellingen die landelijk de aandacht trekken en die verzekerd zijn van een groot aantal fans. Marius van Dokkum is zo’n voorbeeld. ,,We pogen nog iets met Escher te doen”, zegt Stephanie van Zetten. Ook de Cobragroep, Karel Appel en Corneille zijn zaken waarover gedacht wordt.

Eerder strandden het binnenhalen van de World Press Foto en de Zilveren Camera. De kosten overstegen het budget. Inmiddels zijn er ook tips ontvangen om iets te organiseren rond de tekeningen van Jan Kruis (van de welbekende strip ‘Jan, Jans en de Kinderen’) en Rien Poortvliet. Beide zeer bekende illustratoren hebben een eigen museum, de eerste sinds 2019 in het Drentse museumdorp Orvelte, de ander in Zuid-Beijerland. Bij de laatste tekenaar werden ooit pogingen ondernomen om het museum naar Veenendaal te halen. 

Beide overleden tekenaars zijn nog steeds bekend. Er wordt gehoopt dat de nieuwe opzet ook andere groepen trekt, mensen met een migratieachtergrond bijvoorbeeld door verhalen te vertellen over de gastarbeiders die Veenendaal in de jaren zestig en zeventig mede groot hebben gemaakt. Die worden nog al te vaak vergeten. Maar ook mensen met dementie en slechtzienden wil het museum in de nieuwe opzet aanspreken. En meer nog dan voorheen gaan museummedewerkers naar scholen toe, al was het om simpelweg te laten zien hoe wol tot stand komt.

(de tekst gaat onder de foto verder)


De watersnoodhoek is nu al vrij compleet. Er wordt nog wel naar een aansprekende - interactieve - blikvanger gezocht. - Martin Brink

LEREN VAN ANDEREN

Het nieuwe beleid is ook: kijken naar hoe anderen het doen, ervan leren. Zo wordt al jaren wordt getracht om een schilderij uit eind twintigste eeuw te verwerven, voorstellende een kijk op Veenendaal vanaf ongeveer de huidige Prins Bernhardlaan. Dit schilderstuk hangt bij een galerie in Ede. Het bedrag is te hoog om het zomaar aan te schaffen. Daarom wordt advies gevraagd, onder meer via het Stadsmuseum Rhenen, hoe men daar succesvolle crowdfunding is gestart om het schilderij van Jan van Goyen te verwerven. Die verwerving zorgde daar in een opvallende opleving van het museumbezoek. Vorig jaar noteerde het Rhenense museum 3200 bezoekers, een stijging van vierhonderd ten opzichte van 2019.

Martin Brink
Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie