Tijdens de zoektocht op de Grebbeberg. Inzet: soldaat Bartus van de Wal (l) uit Ochten en sergeant Adriaan van Hal uit Renkum.
Tijdens de zoektocht op de Grebbeberg. Inzet: soldaat Bartus van de Wal (l) uit Ochten en sergeant Adriaan van Hal uit Renkum. Herman Zonderland, Defensie en De Greb

Grebbeberg geeft geheim niet prijs; Adriaan en Bartus blijven onvindbaar

8 oktober 2021 om 07:08 Historie

RHENEN Het had hét hoogtepunt en groot nieuws moeten worden van het programma Andere Tijden, volgende maand op tv. Dat werd het echter niet. De zoektocht naar twee vermisten van de sluiswacht op de Grebbeberg, sergeant Adrianus van Hal uit Renkum en soldaat Bartus van de Wal uit Ochten, kon niet positief worden afgesloten. Ze blijven (nog) onvindbaar.

door Martin Brink

Van Hal en Van de Wal blijven vermist. Net als twee anderen: de soldaten De Man en Rensen. Onderzoeker Michiel Teunisse uit Ermelo gaat echter onvermoeid verder, maar nu zonder de camera’s die tijdens de zoektocht bijna constant op hem gericht waren. Teunisse, een luitenant-kolonel b.d., heeft een duidelijke missie: alle vermisten van de strijd op de Grebbeberg in mei 1940 ‘thuisbrengen’. Ook probeert hij om aan de gesneuvelden die een foto staan de naam terug te geven. Dat leidde in 2019 tot een opmerkelijk resultaat. Er was kort daarvoor door een Grebbeberg-onderzoeker via een Duitse veilingsite een foto aangekocht van een Nederlandse militair die ineengezakt tegen de muur van een schuur ligt. Achterop de foto stond alleen de aanduiding ‘In België gesneuvelde Hollander’.

ACHTERBERG Teunisse onderzocht de bouwsels. Uiteindelijk bleek de foto in Achterberg te zijn genomen, waar nu het benzinestation staat. De man was Goof Konings, een 31-jarige koperslager uit Tilburg die gewond tegen de stal was achtergelaten.

Dat verhaal hoorde ook Marcel Goedhart (60). Hij heeft net de aflevering van Andere Tijden afgerond waarin Michiel wordt gevolgd in zijn zoektocht naar de twee vermisten op de Grebbeberg. Er zijn nog vier mannen nooit teruggevonden. Twee van hen zijn sergeant Adrianus van Hal en soldaat Bartus van de Wal. Zij maakten deel uit van het sluiswachtdetachement, een uit zeventien dienstplichtigen bestaande groep die de Grebbesluis moest bewaken en dagelijks de waterstand doorgaf. In tijd van oorlog had de groep als taak om de sluis met zware eiken balken te barricaderen. Op 11 mei 1940 vielen SS’ers vanuit Wageningen de berg aan. De groep werd compleet overvallen. De sluis werd snel afgegrendeld. Net voordat SS’ers het artillerievuur openden moesten de mannen in allerijl nog een schuilplaats maken op korte afstand ervan, in de zogenaamde Zwitserse Vallei, achter het huidige restaurant Villa GrebbeOord.

Daar begint de onduidelijkheid, er zijn er maar zeven begraven en sindsdien missen we er twee

SCHUILPLAATS Teunisse:,,Aangezien deze wacht geen ondergrondse schuilplaats had en de Duitsers rap naderden hebben ze ongeveer 200 meter van de sluis op 11 mei een schuilplaats gegraven van circa 3 x3 en 1.70 diep, met een kleine opening. Ze zijn daar op 11 mei in de namiddag met zijn allen ingekropen, zonder wapens en uitrusting. Op 12 mei in de middag kwamen de Duitsers de berg op, ontdekten de schuilplaats en riepen ‘Heraus, Heraus’ en gooiden tegelijk ook handgranaten in de schuilplaats. In deze chaos kropen er negen mannen naar buiten en werden boven de schuilplaats neergeschoten. Twee zijn blijkbaar teruggevallen en lagen dood in de schuilplaats. Pas op 14 mei durfden de overlevenden (al dan niet zwaargewond) de schuilplaats uit te kruipen en zijn ze naar een stelling nabij gekropen en daar de nacht doorgebracht. Op 15 mei werden ze ontdekt en afgevoerd naar een ziekenhuis en aansluitend een krijgsgevangenkamp in Duitsland. Bij het bergen van de slachtoffers op de Grebbeberg heeft men op 18 mei het gebied van de schuilplaats onderzocht. Daar zijn de slachtoffers geborgen en na identificatie begraven op het ereveld. Daar begint de onduidelijkheid, er zijn er maar zeven begraven en sindsdien missen we er twee.”

Teunisse ontdekte het uitvoerige rapport van kapitein Ruud Hueting, een man die wegens verzetsactiviteiten in 1942 werd gefusilleerd. Een jaar na de capitulatie startte Hueting van het Regelingsbureau Landmacht een onderzoek naar deze vermisten, na verzoeken van familieleden. Hij nam interviews af, maakte ooggetuigenverslagen en tekende zelfs een plattegrond met daarop de schuilplaats. Zijn rapport werd twee jaar geleden door Teunisse teruggevonden. Daaruit werd meer duidelijk wat er precies gebeurd was.

VERTRAPT Men kwam tot de conclusie dat de vermisten vermoedelijk nog in de schuilplaats lagen bij de uitgang, vermoedelijk in blinde paniek vertrapt door diegenen die de schuilplaats hebben verlaten en bedolven onder het zand. Aan de hand van deze analyse ging Teunisse met de Bergings- en Identificatiedienst van de landmacht begin september op deze plek zoeken. Dat leverde geen menselijke resten op, wel delen van (wijn)flessen, een lederen drager van een klewang, scharnierpennen van een deur en een afgevuurde kogel van een Duits K98-geweer. Programmamaker Goedhart: ,,Het is jammer dat het niet heeft geleid tot het vinden van de twee mannen maar ik hoop dat deze uitzending iets los zal maken, dat mensen misschien nog meer weten.”

Voor hem is het ook een middel om de strijd op de Greb in herinnering te roepen. ,,Want als je in Nederland mensen vraagt over wat daar gebeurd is, dan zullen de meesten dat niet eens weten. Als je wat beter in de materie duikt, dan merk je dat er nog behoorlijk veel mensen mee bezig zijn, er over praten of onderzoeken.”

Het is voor iedereen nog steeds de vraag waarom deze mannen al die tijd in de schuilhut zijn gebleven

Over hoe hij tot dit onderwerp komt zegt hij: ,,In mijn kennissenkring hoorde ik onafhankelijk van elkaar over een zoektocht naar wat een vader daar had meegemaakt. Deze kennissen kwamen ook uit bij Michiel Teunisse. Toen dacht ik: daar moeten we iets mee doen.” In die tijd was Teunisse al in gesprek met defensie om te mogen zoeken naar de schuilplaats op de Grebbeberg. We zien hem tijdens de laatste besprekingen.

NASPELEN Marcel Goedhart achterhaalde nabestaanden waaronder de in Nijmegen woonachtige Adi Hoefnagel-van Hal, dochter van sergeant Van Hal. Zij is eind 1940 geboren maar heeft het gemis van een man en vader in het gezin sterk ervaren. Goedhart kreeg van defensie toestemming om op hun terrein in Soesterberg de schuilplaats na te bouwen en met re-enacters scènes na te spelen. Rhenenaar Rob Meewisz, al jaren deelnemer in zo’n groep, vond in zijn netwerk tien mannen bereid om mee te doen. Hij zorgde dat alles klopte in bewapening, kleding en verdere uitrusting. Twee leden hesen zich in SS-uniform. Zij zorgden voor de adembenemende scenes in en om de schuilhut.

Goedhart: ,,Het is voor iedereen nog steeds de vraag waarom deze mannen al die tijd in de schuilhut zijn gebleven. Waarom zijn ze niet gewaarschuwd? Waarom hebben ze niet het initiatief genomen door er uit te gaan? Daar heeft niemand een antwoord op.’’

UITZENDING Michiel Teunisse heeft de voorlopige uitzending al gezien. Hij is er van onder de indruk. Hij stelt: ,,De interactie tussen beelden, uitzoomen met de drone, Adi aan het woord, de familie, de re-enacters in de kuil, historisch materiaal: dat alles geeft dat je aan de buis gekluisterd blijft, je wordt er ingezogen.”

En dat komt ook mede door de crew. Goedhart werkte onder meer met een lichtman die ook een aandeel had aan de film De Slag om de Schelde. Ook de uit Wageningen afkomstige cameraman Mark van Aller maakte alles zeer inlevend. Hij werkte eerder mee aan het oorlogsdrama Bankier van het Verzet en de tv-serie Vliegende Hollanders.

De 45 minuten durende uitzending, onder de naam De Schuilplaats, is op woensdag 17 november, 22.20 uur op NPO2. Er komt nog een officiële voorpremière voor genodigden, mogelijk in Rhenen.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie